LOT! | roman
Ik, een mooie vrouw? Een mooie vrouw moet voor echte liefde net zo hard werken als ieder ander.
Het afgelopen weekend deden ze weer een dagje Schiermonnikoog en ze liepen naar de bushalte aan de Friesestraatweg, zij standaard op zilverkleurige sportschoentjes en in een kort zwart jurkje van de Hema waarin haar billen zich schaamteloos aftekenden. Om haar hoofd de voorjaarszon en op de kop van Wessel een bijpassende zonnebril. Zo kon hij ongestraft – zonder gêne over zijn tot in de hoogste hoogten gestegen eigendunk – kijken naar in testosteron badende mannen. Ze staarden, struikelden en zaten verkeerd om op de fiets. Verkeersongelukken waren deze morgen niet uit te sluiten. Het was lente en hun wereld was voor even heel klein, Wessel zagen ze niet, niets zagen ze nog, alleen Charlot en haar wiegende tred en vooral hoeveel haar jurkje prijsgaf aan wulpsheid. Ze volgt de loop der tijden met zoveel gratie, dat iedere gezonde man zich wel moet laten meeslepen door die ene allesoverheersende emotie. En daar loopt Wessel dan naast! De trots kruipt langs zijn ruggengraat omhoog naar zijn vitale delen. Wessel loopt recht op, kaarsrecht, Wessel is een knappe man, een geweldige man, een centrale figuur in dit mooie verhaal over muzen en nimfen. Toe maar Charlot, sla je arm maar om Wessel heen, pak hem maar stevig vast. Zien jullie wel: Ik hoor bij deze godin, ik geef het toe…….graag toe: Ik ben van haar! Von Kopf biss Fuss…….